Het is de ochtend na mijn examen voor kok, niveau 2. Ik heb een kater. Eerst gisteren met de andere kandidaten in een lokale Nieuwleusense kroeg gevierd dat we allemaal ruim geslaagd zijn, daarna ook thuis nog maar een fles open gemaakt. Maar ik heb ook een kater omdat hiermee de opleiding is afgesloten. Een klein jaar lang heb ik elke vrijdag met de andere leerlingen culinair (en een beetje ander) lief en leed gedeeld: gevloek en getier als ik iets niet goed deed, vreugde bij succes.
Over de laatste zin heb ik lang nagedacht. Ik wilde eerst schrijven: “gevloek en getier als iets niet lukte, vreugde als het wel lukte”. Het verschil tussen die zinnen geeft precies het verschil weer tussen mij als (hobby)kok een jaar geleden en nu. Tegenwoordig doe ik bewust sommige dingen wel en andere niet om ervoor te zorgen dat ik de factor “geluk” zoveel mogelijk uitschakel. Heel langzaam aan begin ik iets te snappen en te kunnen van koken. Dat was precies mijn doel toen ik een jaar geleden besefte dat ik tijdens het koken maar weinig begreep van wat ik aan het doen was.
Twee gedachten overheersten bij de vraag waar en hoe ik wilde leren om een betere kok te worden. Ik wilde niet aan allerlei hobbycursussen meedoen. Erg leuk, maar daar zou ik het vak niet leren. Ook zag ik het niet zitten twee jaar lang naar een ROC te gaan. Ik zocht een plek waar onderwijs op niveau gegeven werd, met gemotiveerde medeleerlingen, waar inzet geëist, maar ook gewaardeerd zou worden. Mijn keuze voor Smink Culinair bleek juist. De basis bij Rob Smink is de klassieke Franse keuken. Hij is van mening, niet geheel onterecht, dat als je de technieken uit die keuken beheerst, je vrijwel alles kunt koken. School is het vullen van je gereedschapskist. Zo merkten we in de eerste les hoe moeilijk het is om een technisch goede huzarensalade te maken. Echter, enkele weken later kreeg ik in een chique restaurant zo’n zelfde huzarensalade. Toegegeven, heel fraai opgemaakt en opgeleukt met een stukje mooie zalm en een zalvige eierdooier erbovenop. Zoals bij elk ambachtelijk vak leer je het alleen door het veel te doen. Daarom ga ik binnenkort, terwijl ik dat oorspronkelijk allerminst van plan was, een tijd in restaurant werken. En ik heb me ingeschreven voor niveau 3. Ik verheug me al op een nieuw cursusjaar, met een af en toe wat gevloek en getier, maar vooral met veel vreugde, plezier en leerzame momenten.